Vanwege de coronacrisis komen er op dit moment geen Amerikaanse artiesten naar Nederland voor optredens en interviews. Gelukkig is er dichter bij huis ook voldoende new country talent aanwezig en staan bands, zangers/zangeressen en singer/songwriters van de koude grond in de rij om meer over zichzelf te vertellen. De komende periode zullen we een aantal Nederlandse acts van deze nieuwe lichting aan het woord laten. Stevie Mae Robin bijt het spits af. Op deze donderdagavond aan het begin van de zomer spreek ik met ze af in m’n kantoor in de Wisseloord studio’s in Hilversum. Als ik net op tijd aan kom rijden, staan ze me al op te wachten.
Ze? Ik verwachtte, op basis van de naam, een solozangeres maar ik zit tegenover een solide 5-mansformatie. Stevie Mae Robin is een country/pop band met rockinvloeden. Met Thijs op drums/percussie, Daniel op bas/backings, Jasper op akoestische gitaar/banjo/backings, Bart op leadgitaar/mandoline/backings en Savanna op leadzang/slaggitaar, hoopt Stevie Mae Robin de CountryPop-scene naar Nederland te halen.
Interview met Stevie Mae Robin
Hoe kom je op zo’n naam?
Savanna Visser, leadzangeres en oprichtster van de band, trapt af: ‘Ik ben deze band gestart en had eerst een andere artiestennaam waarin een link zat naar mijn broer. Bij het bedenken van de nieuwe artiestennaam vond ik het belangrijk die link terug te laten komen. Mijn moeder was zwanger en ervan overtuigd dat ze een tweeling zou krijgen. Ze had al namen bedacht, namelijk Stevie en Robin. Echter beviel ze van één enkele zoon. Hij is in mei geboren en wel degelijk tweeling maar dan van sterrenbeeld. Mei werd vervormd tot Mae en zo was de naam Stevie Mae Robin geboren.”
Jullie komen allemaal uit een ander deel van het land. Hoe zijn jullie bij elkaar gekomen?
“Ik wilde een band”, vertelt Savanna “Daarom heb ik een advertentie geplaatst en daar kreeg ik veel reacties op.” Bart was eerst, daarop volgde Thijs, daarna kwam Daniël erbij. Toen de eerste gitarist wegging, appte Bart een oud-klasgenoot of hij zin had om bij een band te komen. Bart kende Jasper van het RockCity Institute uit Eindhoven, waar hij net is afgestudeerd. Dat was in het begin best een beetje spannend. Niemand kende elkaar maar er was een match op muzikaal gebied. Je moet elkaar natuurlijk ook aardig vinden, chemie is belangrijk en ook op persoonlijk vlak blijkt dat de bandleden het prima met elkaar kunnen vinden.
Jasper, brand maar los…
Jasper vertelt dat hij een tijd allerlei soorten muziek heeft gespeeld (tot Duitse schlagers aan toe) om ervaring op te doen maar dat hier eigenlijk z’n hart niet lag. Zo’n jaar of tien geleden luisterde en speelde hij nummers van de Beatles, Jimi Hendrix en andere rock, tegenwoordig veel country, Americana en blues. Hoewel hij al een keer in Amerika is geweest, wil hij snel een keer naar Nashville.
Stuk voor stuk ga ik de bandleden langs: “En jij Bart?”
Ik kom uit Giessen, vlakbij Gorinchem en ik ben begonnen met Metal. Via m’n gitaarschool heb ik gespeeld in allerlei Metal-coverbandjes. Ik kwam erachter dat ik behalve gitaarspelen niet zoveel kan en daarom wil ik proberen daar carrière in te maken. Ik had gehoord van de Herman Brood academie maar kwam uiteindelijk via via op het RockCity Institute in Eindhoven terecht. Toen was Metal niet meer helemaal wat ik wilde gaan doen. Dat kwam ook in de auditie naar voren, die wat ongemakkelijk voelde. Toch kreeg ik de kans waar ik heel dankbaar voor ben. Op zo’n opleiding kun je jezelf ontdekken, de leraren zijn super supportive. Ik had les van Maarten van Damme die in Racoon zit. Hij zit heel diep in het Americana genre. Toen hij mij - tijdens de lessen die ik van hem kreeg - de technieken erachter liet zien, was ik verkocht. En toen ik op een zwoele zomeravond door Facebook zat te scrollen, las ik een advertentie van een country band die een gitarist zocht.
Jij bent de bassist toch, Daniël? Waar kom jij vandaan?
Oorspronkelijk uit Indonesië. Ik ben geadopteerd door mijn Nederlandse ouders en toen ik zes maanden was, ben ik naar Nederland gekomen. Het is een beetje een “Spoorloos” verhaal maar na zestien jaar heb ik m’n biologische moeder gevonden en voor het eerst ontmoet.
Mijn vader had een klein Solina orgeltje thuis maar had de discipline niet om er echt goed op te leren spelen, toen heb ik het opgepakt op m’n 6e jaar. Ik vond het vooral mooi om op de pedalen met m’n voeten de lage tonen en met het boven- en onderklavier het totaalplaatje van een nummer te spelen. Eerst serieus klassiek, vooral Bach. Later ging ik piano spelen, nog zonder noten te lezen. Via Scott Joplin en Fats Domino kwam ik in de lichte muziek terecht en merkte ik dat je heel veel gevoel in muziek kunt leggen. Via verschillende bands zag ik dus ook de advertentie van Stevie Mae Robin voorbij komen. Ik heb mijn inspiratie voor countryachtige muziek, na een aantal andere richtingen gevolgd te hebben, ontwikkeld.
En Thijs: de drummer? Vertel je verhaal.
Ik ben door m’n familie in de muziek gerold. Mijn moeder speelde piano en gitaar; m’n vader heeft gitaar gespeeld maar daar niet echt iets mee gedaan. Ik ben eigenlijk de eerste die er verder mee wil. Hoe de drums erbij zijn gekomen? Geen idee. Vanaf het moment dat ik een drumstel hoorde en zag, dacht ik: “Dat is het!” Sinds die tijd stond een drumstel bovenaan m’n verlanglijstje, ik kreeg hem toen ik elf was. Toen vonden mijn ouders het nog leuk, nu is het vooral super hard.
Ik ben als rockdrummer begonnen en heb heel veel Toto gespeeld. M’n grote voorbeelden zijn Jeff Porcaro en Simon Phillips. Later ben ik meer divers gaan spelen met een band die ook rock, country, jazz en funk in het repertoire had. Ik ben meer gaan doen wat de muziek vraagt waarbij ik mijzelf de vraag stel; wat kan ik als drummer doen om het nummer aan te vullen? Als we een country nummer wilden spelen was ik degene die de nummers aandroeg. Het was dan ook country wat ik op repeat zette en steeds oefende, nog niet wetende dat het m’n favoriete genre zou worden. Ik kreeg behoefte aan meer uitdaging en op dat moment kwam ik op de website muzikantenbank.net waar ik op de advertentie reageerde. Ik kreeg een mailtje dat ik auditie mocht doen en nu zijn we samen met elkaar bijna een jaar verder.
Nou Savanna, neem na al dat mannengeweld ook maar eens het woord. Wat deed jouw oude band?
Ik ben heel lang op zoek geweest naar echt een band in plaats van een aantal sessiemuzikanten bij elkaar. Toen bleek dat de mensen die ik bij elkaar had te druk waren voor mijn project dacht ik; weet je wat? Ik zet gewoon in op sessie musici en vraag hen om redelijk vast te spelen. Nu is het precies andersom: nu zijn we de band en is er van de afzonderlijke sessiemuzikanten niks meer over.
En je achtergrond?
Ik heb altijd wel geweten dat er iets muzikaals in me zat maar wilde aanvankelijk advocate worden. Voor de grap deed ik een keer mee aan een talentenjacht genaamd ‘Kunstbende’ in Utrecht. Gewoon met een paar vriendinnen met een stuk wat nergens op sloeg. We stonden we op het grote podium van de Utrechtse Schouwburg en dat voelde echt als mijn plekje, als een soort van thuis. Diezelfde avond nog riepen m’n ouders me naar beneden en vroegen: “Weet je wel zeker dat je advocaat wilt worden? Is theater of muziek niks voor jou?” Toen deed ik mee aan een andere talentenjacht die ik heb gewonnen en waardoor ik de studio in mocht. De opname daarvan heb ik ingestuurd naar een muziekopleiding. Ik werd aangenomen op m’n ondernemingszin en ben daar vervroegd afgestudeerd. Ik was aan het begin van de opleiding een meisje dat pop zong en nog niet goed wist wat ze wilde totdat ik de muziek van Carrie Underwood en Miranda Lambert ontdekte en dacht: “Ja, daar zijn we.” Toen ik mede door Ilse Delange ontdekte dat CountryPop een eigen genre is, wist ik zeker dat ik een CountryPop band wilde oprichten.
De afzonderlijke leden zijn nu, ieder op hun eigen manier vanuit verschillende inspiratiebronnen, bezig om country en Americana muziek te ontdekken. De leden delen afspeellijstjes en diepen nummers muzikaal en tekstueel uit. Door bijvoorbeeld de teksten en het boek van Guy Clark te lezen en door te grasduinen waar John Mayer zich door heeft laten leiden toen hij het Americana-getinte album ‘Born And Raised’ maakte.
Nog geen jaar bij elkaar en nu al een single uit?
We zijn vorig jaar augustus compleet geworden en in september traden we voor het eerst op. Ik had dat optreden al staan maar ik had nog geen band. Dat was wel een dingetje. Het plan lag er al. Eerst een single, het jaar daarna een album - wat dus nu een EP wordt – dus ik wist wat ik wilde, ik miste alleen nog een band om de plannen uit te voeren. In december zijn we de studio ingedoken waar we onze debuutsingle ‘Out Of The Blue’ hebben opgenomen.
Hoe kwam jullie single ‘Out Of The Blue’ ineens in de playlist van 100% NL?
Savanna zegt hierover: “Je schrijft alle stations aan die je plaat zouden kunnen draaien. Ik zat op m’n werk en terwijl ik naar de radio luisterde, dacht ik; hoe tof zou het zijn wanneer onze single voorbij komt? Toen heb ik een berichtje gestuurd aan 100% NL. Anderhalve week daarna kreeg ik een belletje van Koen Hansen dat de plaat door de selectie van de muziekredactie gekomen was en of we een interviewtje wilden doen.”
Hoe laat je de spontaniteit van jullie livemuziek overkomen in een stille studio?
De studio waar we opnemen is van Nick Jongejan, onze producer. Hij weet zo goed waar we naartoe willen en hoe we daar komen. Hij zorgt dat alle ideeën die wij hebben samenkomen. Ik heb hem via Gijs de Waal (drummer van The Young River red.) en Pitpop Nieuwegein ontmoet en direct had ik het gevoel dat ik met hem moest samenwerken. Ik wist nog niet waarom totdat ik ontdekte dat hij die studio had. Toen viel alles op z’n plek.
En de toekomst?
Aan het eind van dit jaar willen we de EP gaan opnemen. We weten inmiddels wat het kost en gaan zowel particuliere als zakelijke sponsors werven voor de financiering van onze EP. Nu we weinig kunnen optreden, proberen we veel radiopromotie te doen. We doen daarnaast echt leuke dingen zoals onze thuisvideo’s; ‘The Caged Robin Sessions’ op YouTube. We moeten kijken hoe alles zich nu ontwikkelt in de coronacrisis. We zijn daardoor aan het nadenken over zowel een akoestische als een niet-akoestische live stream, als het kan in één ruimte met publiek. Natuurlijk willen we zo snel mogelijk weer optreden. Nederland is voorlopig goed genoeg en we beperken ons niet tot de Randstad of juist de provincie.
We gaan nog wat drinken, mensen!
Ik vraag of de band Stevie Mae Robin nog vragen voor mij heeft en omdat de leden van de band toch een behoorlijke reis achter de rug hebben, blijven we onder het genot van een biertje en een frisje nog een tijd lang lekker zitten. Ik vond het een superleuke kennismaking en ben onder de indruk van de passie, toewijding en muzikaliteit van deze nieuwe aanwinst voor de Nederlandse new country.