dinsdag, 05 maart 2019 19:52

Concertrecensie: C2C: Country to Country Amsterdam

Concertverslag C2C: Country to Country Amsterdam

‘Ik heb een meet and greet gewonnen met Keith Urban!’ Het stralende Belgische meisje kan haar geluk nog steeds niet op, in de rij bij de kassa van AFAS Live. Ook al duurt het een tijdje voordat de kassamedewerker achterhaald heeft of er wel daadwerkelijk een is. Zo uitgelaten als zij is, blijkt exemplarisch voor de rest van het publiek deze maandagavond, bij de eerste Nederlandse editie van Country to Country, een reizend country festival, dat ook Europese steden als Dublin, Belfast, Glasgow, Londen, Berlijn, Stockholm en Oslo aandoet. Daar meerdere dagen, in Nederland begint organisator Greenhouse Talent - dat ook verantwoordelijk is voor het Once in a Blue Moon festival - bescheiden met één avond. Grootste naam vandaag: Keith Urban.

Cowboyhoeden, Wrangler-shirts, sjaaltjes van de Amerikaanse vlag en laarzen: er mogen geen misverstanden over bestaan: dit is een country-avond. Het publiek, dat van heinde en verre komt - we horen Frans, Vlaams, Amerikaans, Duits en Drents al voor de eerste gitaarversterker aan is gezet - bestaat uit stelletjes, vriendengroepen en families. Van jonge kinderen tot opa’s en oma’s. Overal waar je kijkt slaan mensen elkaar op de schouder, muziekliefhebbers herkennen elkaar van eerdere edities in het buitenland en andere evenementen in dit genre.

  Tekst: Matthijs van der Ven / Foto’s: Jesse Reij

Joe Buck

Nog voor zij allemaal goed en wel binnen zijn, is in de bovenzaal de jonge Zeeuw Joe Buck al begonnen te spelen. Eerder dan gepland, omdat een deel van de Amerikaanse muzikanten laat aankwamen in Amsterdam. Door geannuleerde vluchten, moesten zij met de bus vanuit Berlijn naar Nederland rijden. Buck is een welkome opening van de avond en maakt een aardige indruk, ondanks de ondankbare taak te spelen in een zaal waar veel mensen elkaar nog aan het begroeten zijn. “Ik houd net zoveel van country als jullie allemaal” vertelt ‘ie het publiek. Hij heeft pas een single - ‘Black’ uitgebracht, maar tourde al door Europa met Kacey Musgraves en speelde pas ook een nummer tijdens Ilse DeLanges Ziggo-show. Die ervaring helpt waarschijnlijk nu om het publiek al vroeg op de avond mee te krijgen in zijn liedjes. Dit alles, en vooral Buck zelf belooft veel goeds voor de toekomst.

 

Drake White 

Drake White C2C Amsterdam 04-03-2019

 

Beneden in de grote zaal opent Drake White de show. Een eerste blik op zijn meest beluisterde werk op Spotify, toont titels als ’Makin’ Me Look Good Again’, ’Livin’ The Dream’, ’It Feels Good’ en ’The Best Is Yet To Come’. Een onbeschrijfelijke leegte straalt het uit. En hij brengt ook precies dat: feelgood countrypop. Volgens White zelf speelt hij ook blues. Daar is echter verdraaid weinig van te merken. In de AFAS Live speelt hij niks-aan-de-hand-liedjes, maar wel met zoveel grote gebaren dat een doventolk er duizelig van wordt.

 

Lindsay Ell & Lauren Jenkins

Lindsay Ell & Lauren Jenkins

 

Dat het ook anders kan, en je met minder poeha een stuk meer indruk kan maken, laten Lindsay Ell & Lauren Jenkins vervolgens zien in de bovenzaal. Waar ze het allebei moeten doen met slechts een paar liedjes. Teleurstellend dat, zeker als je weet hoeveel goede vrouwelijke country-muzikanten er zijn, er vanavond zo weinig op het programma staan. En de twee dié er zijn, zo’n karig deel toebedeeld krijgen.

Maar goed, uit niets blijkt dat zij zich daar iets van aantrekken. Sterker nog, ze maken grote indruk, elkaar afwisselend alsof het een songwriters round in Nashville is. Twee fantastische stemmen en vooral Ell is een voortreffelijke gitariste, blijkt ook wanneer ze Jenkins begeleid op lead gitaar. ‘I’m Right Here’ zingt ze, nou dat hebben we geweten. Het publiek hangt aan hun lippen, blijkt al wanneer Jenkins ‘Maker’s Mark And You’ introduceert. Hun optreden is te kort voor een echt oordeel, maar maakt nieuwsgierig naar meer.

 

Brett Eldredge

 Brett Eldredge

Het verschil in de grote zaal is weer groot, als Brett Eldredge een grote show afgeeft. Met sterke ambachtelijke liedjes en een heel strakke band. Liedjes die lijken gemaakt voor de radio en er bij de toeschouwers in gaan als zoete koek. Niet verwonderlijk ook, want het zijn stuk voor stuk goede liedjes. Toch zou je iets meer diepte willen en willen horen van wie die liedjes schrijft. Want wie Eldredge is en wat hem bezighoudt, dat kom je niet te weten. Iets intiemer wordt het wanneer hij z’n band een pauze laat nemen en solo een akoestisch nummer speelt. Jammer dat hij denkt zoveel effect op z’n zang nodig te hebben, ook op dit moment. De zanger uit Paris, Illinois is de eerste die vanavond de mensen laat dansen, net zo lang tot de beveiligers ze dwingen om weer te gaan zitten. Het levert een vermakelijk kat en muis spel op, tussen bewakers en ongehoorzame fans, ook tijdens z’n cover van Queens ‘Crazy Little Thing Called Love’.

 

Craig Campbell en Logan Mize

Craig Campbell en Logan Mize

Terug naar boven, waar Craig Campbell en Logan Mize het songwriters-circle-concept voortzetten. Het is opvallend hoe vrolijk en dolenthousiast het publiek is, onafhankelijk van wie er speelt. En de muzikanten lijken in dat gevoel van saamhorigheid mee te delen. Ook Craig Campbell en Logan Mize weten hoe ze een liedje moeten schrijven en een gitaar bespelen. Dat blijkt vooral op de momenten dat ze ruimte overlaten voor subtiliteiten en stilte. Ze krijgen het publiek in de waan ergens in een kleine kroeg te staan, waar het bier nog wel betaalbaar is en waar iedereen zomaar een getalenteerde muzikant kan blijken te zijn. Wanneer Mize zijn nummer ’Ain’t Always Pretty’ aankondigt, vertelt hij: ”I’m a part time farmer and a full time father of two. This song kind of sums up my life.” Om vervolgens door z’n maat Campbell vanaf het podium gefilmd te worden. Waarom ook niet? Hij zit er toch.

 

 Keith Urban 

Keith Urban

Ze houden allebei de aandacht van het voltallige publiek vast, ondanks dat velen zich merkbaar aan het opladen waren voor de hoofdact van de avond. Ook mijn buurman van 70-plus: “Ik heb alle muzikanten van vandaag al eens gezien, en ga altijd naar C2C in Londen, maar Keith Urban heb ik nog nooit zien spelen. Dus kom maar op!”

Hij blijkt niet de enige die er klaar voor is. Binnen twee noten zijn de stoelen slechts decor en staat de hele zaal rechtop. Daar kan geen beveiliging meer tegenop. Ook Urban speelt voor het eerst in Nederland. Gelukkig wel met een rugbyshirt aan met ’Amsterdam’ erop, dan kan ‘ie zich niet vergissen. De stadion countryrock die volgt is retestrak en geeft het publiek precies waar ze voor kwam. Wanneer Urban in z’n uppie een instrumentaal stuk speelt dat uitloopt in ‘Stupid Boy’, is ’ie op z’n best: virtuoos en intiem, zonder alle opsmuk en extra aanzet. En dan blijkt pas echt: wat kan die man spelen en zingen. Meer van dit graag.’

In de wandelgangen is te horen - en aan het enthousiasme in de zaal te voelen - dat de bezoekers veel van deze muzikanten al jarenlang volgen en dankzij C2C nu eindelijk de kans hadden ze in Nederland te zien. Urban stelt hen zeker niet teleur.

Wat blijft hangen na een vermakelijke avond met enkele prima shows en kennismakingen met veelbelovend talent, is bewondering voor het vermogen van dit publiek om zo onbezonnen te genieten van hun favoriete muziek. En hoop op meer. Meer edities, met een bredere blik op wat countrymuziek is - en kan zijn. Met meer songwriters die liedjes schrijven die ergens over gaan, want die zijn er in overvloed. Goed nieuws voor de liefhebbers: volgend jaar komt Country to Country terug naar Amsterdam, en dan twee dagen lang. Een uitgelezen kans voor de organisatoren om na een prima start door te pakken met een iets uitdagender en meer gevarieerd programma.



Foto's: Jesse Reij

 

­